
In maart 2021 rondde ChinaTalk’s Jessica Sun haar vijf jaar durende studie aan de universiteit in Leiden af. Ze is nu officieel gecertificeerd docent Chinese Taal en Cultuur. In drie artikelen kijkt ze terug op haar studie, de verschillen met studeren in China en de uitdagingen.
In het eerste artikel beschreef ik mijn afstuderen in drie woorden: dankbaar, geïnspireerd en energiek. Ik wil ook graag iets zeggen over het verschil tussen studeren in China en Nederland. Voorafgaand wil ik echter opmerken dat onderstaande slechts gebaseerd is op mijn eigen ervaring. Zoals ik altijd tegen mijn leerlingen of publiek zeg bij cultuurlessen: ‘Er is niet één standaard China en er is geen standaard Chinees persoon’. Ik ben slechts een van de Chinezen die deze ervaring heeft. Iemand kan net zo oud zijn als ik maar uit een hele andere regio of familieachtergrond komen. Of zelfs uit een hele andere generatie.
Ik zal mijn ervaringen opdelen in mijn pre-master en masteropleiding en daarna mijn ICLON-lerarenopleiding. De laatste heb ik in China niet gedaan.
Leren wat je wil leren
Wat betreft mijn pre-master en masteropleiding is het grote verschil met China tweeledig. Allereerst is wat de student wil leren belangrijker dan wat de leraar wil dat je leert. Het tweede betreft kritisch denken. In China hebben we meestal een boek voor een onderwerp. Tijdens de les nemen we het boek door. De docent vertelt je dan wat er belangrijk is in het boek. Op de universiteit hebben we in China meestal maar twee examens per jaar. Er wordt dan getoetst of je de inhoud van het boek kent. Dat is in principe hoe we leren. Maar op de universiteit in Leiden is er vaak geen boek. De docent geeft je allerlei materiaal dat je kunt lezen maar bepaalt niet voor jou wat er belangrijker is. Aan het einde van het semester kun je een onderwerp kiezen waar je in geïnteresseerd bent, daar meer over lezen en daar een scriptie over schrijven. Je hebt daar veel vrijheid in.
Toen we leerden over de oude geschiedenis van China hadden we een boek, maar de docent vertelde je niet welk delen belangrijker waren dan andere delen. Je kunt zelf bepalen wat je interessant vindt. Misschien vind je de Tang dynastie interessanter dan de Song dynastie. Geen probleem! Dan lees je meer over de Tang dynastie. Aan het eind van het semester heb je een examen met een totaal aantal te behalen punten van 200. De helft van die punten mag je besteden aan je gekozen onderwerp. Je bepaalt zelf wat je meer interessant en belangrijk vindt.
Kritisch denken
Dan kritisch denken. In China hadden we het natuurlijk ook over kritisch denken, maar het leek erop dat het bij terminologie bleef. We deden er niet veel mee. Hier moedigt de docent kritisch denken echter aan. Ooit gaf een docent ons verschillende artikelen te lezen. Een van de artikelen kostte me erg veel tijd omdat het in het Nederlands geschreven was. Mijn Nederlands is nu nog steeds niet super, maar in het begin was het echt veel minder goed. Ik was uren bezig om dat artikel te begrijpen. Ik dacht dat er iets niet klopte, maar dacht ook dat als het gepubliceerd was door een grote naam het toch niet verkeerd zijn? Schijnbaar begreep ik de taal verkeerd. Ik probeerde de gedachtegang en logica van de schrijver te doorgronden. In de les vroeg de docent wat we van dat artikel vonden en of we dachten dat het niet klopte. De docent laat je dus niet alleen artikelen lezen die correct zijn, maar laat je ook dingen zien die misschien niet helemaal kloppen. Of na enige tijd niet meer correct geacht worden. De studenten bepalen ook zelf wat wel en niet waar is. De functie van de docent is niet het geven van het juiste antwoord maar het helpen van de studenten bij het vinden van het juiste antwoord.
Tijdens de lessen moedigt de docent discussies aan. Ze vragen je waarom je denkt dat bepaalde zaken juist of onjuist zijn. Je bediscussieert het samen en daarmee wordt de gedachtegang steeds duidelijker. Gezien de praktische omstandigheden in China is dat daar wellicht niet mogelijk; één universiteitsklas heeft daar meestal meer dan dertig leerlingen, hier soms maar een handjevol. Je hebt dan meer mogelijkheden om je eigen ideeën tot uitdrukking te brengen en discussies te voeren. Je kunt dan echt kritisch denken over alles wat je leest. Je kijkt niet alleen naar de namen van de schrijvers maar ook naar hun ideeën en de logica daarachter.
Wereldverbeteraars en fouten maken
Tot zover de vooropleiding. In China heb ik geen lerarenopleiding gevolgd. Ik heb wel vijf jaar op een internationale school gewerkt, dus was wel bekend met de sector. Tijdens de ICLON-opleiding ben ik erg geïnspireerd door zowel de docenten als mijn medestudenten. We hadden met de studenten een Whatsappgroep waarin we elkaar hielpen, bespraken wat er tijdens de les was gebeurd, wat de uitdagingen waren en hoe we problemen konden oplossen. Ook hier vond ik weer inspiratie in het feit dat mijn klasgenoten niet alleen maar twintigers waren maar mensen uit alle leeftijdscategorieën en zelfs mensen die niet heel ver van hun pensioen verwijderd waren. Zij waren enorm enthousiast om leraar te worden. Ze hebben lang gewerkt in andere sectoren en willen wat ze over die sector hebben geleerd overbrengen op de jongere generaties. Ze willen de wereld echt verbeteren. Dat ontroert me en ik ben heel trots dat ik nu een van hen ben.
Wat er anders was aan de ICLON-opleiding was de manier waarop de docenten studenten laten leren van hun eigen fouten. In China – nogmaals, gebaseerd op mijn eigen ervaring als leerling in lager, middelbaar en hoger onderwijs en werk op de internationale school – heb ik nooit stagiaire-docenten gezien. Er zijn weinig docenten in opleiding die lesgeven. Alle docenten zijn al afgestudeerd aan de lerarenopleiding. Tijdens hun studie lopen ze dus nooit stage. Als ze na het afronden van hun studie aan het werk gaan wordt er van hen verwacht dat ze geen fouten maken. Ze zijn immers gekwalificeerd docent. Maar ze hebben nooit een stageperiode gehad waarin ze fouten konden maken. Daarnaast is het in China cultureel erg belangrijk dat je geen fouten maakt. Misschien zijn er gewoon te veel mensen en kunnen we het ons niet veroorloven dat zoveel mensen fouten maken?
Tijdens de ICLON-opleiding word je echter aangemoedigd om dingen uit te proberen. Maak je fouten? No big deal. Ga door en leer van die fouten. Eenmaal op school wordt ook niet van je verwacht dat je feilloos bent en nooit fouten maakt. Fouten maken is meestal geen ramp. In China is dat anders; geen fouten! Hier helpt het maken van fouten je om een goede docent te worden en je op je gemak te voelen in het klaslokaal en jezelf te zijn. Als er fouten gemaakt worden kun je er enkel van leren. In China probeert een school natuurlijk fouten te voorkomen, maar ze komen nog steeds voor. De houding ten opzichte van het maken van fouten is erg belangrijk.
Individuele studenten
Mijn begeleiders bij de ICLON-opleiding kijken daarnaast diep in jou als persoon. Ze geven je veel steun, ook mentale steun. Vooral later, tijdens de coronapandemie waarbij we dan weer offline dan weer online les hadden, en de docenten zich erg veel zorgen maakten. We kregen veel mentale steun van de docenten. Tegelijkertijd leerden de docenten ons ook om naar al onze leerlingen te kijken als individuen. In China zijn de praktische mogelijkheden, met 60 leerlingen in een klas op de middelbare school, natuurlijk beperkter. Je kan dan niet elke individuele student zo goed leren kennen. In China is het dus meer eenrichtingsverkeer. In Nederland zijn klassen meestal 30 of minder leerlingen groot.
Er wordt ons dus geleerd om elke leerling te zien als een individu. Elke leerling heeft een andere culturele achtergrond en ze hebben talenten op verschillende vlakken. Ze hebben ook andere manieren van leren; de ene leert vooral van visuele dingen, een ander is weer goed met muziek en weer een ander is goed in beredeneren. Daarom geeft je elke leerling steun op basis van zijn of haar individuele behoeften. Dat is ook fijn voor de kinderen, want ze zijn allemaal heel verschillend en ze verdienen allemaal het recht op aandacht. Over dergelijk gedifferentieerd onderwijs wordt in China niet veel gesproken.
In het laatste deel van deze serie kijkt Jessica terug op de uitdagingen die ze heeft moeten overwinnen en spreekt haar begeleider haar persoonlijk toe.
