‘Doe ons zo’n artikel of presentatie! We hebben alleen geen budget.’


Beeld door 1820796

Ik schrijf graag over digitale technologie en innovatie in China. En ik vertel er ook heel graag over voor publiek. Opnamen deel ik dan vaak (gedeeltelijk) ook weer graag met een breder publiek via ons YouTube kanaal. Het is een passie. Maar het gevaar van een passie is dat je je zo nu en laat misbruiken.

Die fout maakte ik vroeger als student op het HBO al. Ik kwam regelmatig niet naar de les, omdat die vaak geen toegevoegde waarde had t.o.v. de verplichte literatuur. Ik besteedde die tijd dan thuis aan zelfstudie en maakte samenvattingen van alle materie. Ik werd dan vaak door klasgenoten gevraagd of ze die van me mochten kopiëren. Ik stond dat vaak toe omdat ik dacht anderen daarmee te helpen. Ik stond er eigenlijk nooit zo bij stil dat die ander gratis gebruik kon maken van mijn harde werk en zelf dus meer vrije tijd overhield. Vaak haalden ze vervolgens mooie punten voor hun tentamens met veel minder studietijd dan ik eraan besteed had.

‘Duizenden euro’s voor een uurtje vertellen?!’

Een van de beste beslissingen die ik de afgelopen jaren genomen heb is werken met een boekingsbureau. ‘Ja, maar die pakken toch een percentage?’, hoor ik anderen dan vaak zeggen. Dat kan wel kloppen, maar ze kennen de markt, kunnen een goede inschatting maken van de waarde van mijn kennis en kennen ook de budgetten bij de afnemers. Naast het feit dat het kwaliteit uitstraalt als zo’n bureau met je wil werken hoef ik zelf niet meer te onderhandelen. Die doe ik namelijk niet graag omdat het afleidt van de inhoud en ik de neiging heb te snel ‘ja’ te zeggen omdat ik het enorm leuk vind om te doen. Een consultancybedrijf dat me ooit €750 gaf voor een key note betaalde een jaar later het driedubbele toen ik het via de agent liet lopen. Pas toen besefte ik me hoe stom ik was geweest…

Mensen die geen freelancer of public speaker zijn hebben vaak moeite om te begrijpen hoe zo’n prijskaartje in elkaar zit. ‘Duizenden euro’s voor een uurtje vertellen?!’. Maar in dat uurtje deel je kennis die je jarenlang tijdens onbetaalde dagen van analyses en – daar is ‘ie weer – zelfstudie vergaard hebt. Voor je opdrachtgever kun je uit die kennis een relevant en leerzaam verhaal samenstellen. Je deelt kennis die hen het veelvoudige zou kosten als ze het zelf zouden moeten verzamelen.

Om je een idee te geven, ik besteed minstens de helft van elke dag (ook de weekenden) aan het absorberen van informatie. Nieuws uit China, rapporten, podcasts, webinars, etc. Soms kies ik een onderwerp uit en ga dan nog meer informatie verzamelen en dat aggregeren en herstructureren tot artikelen, video’s en presentaties. Die niet-factureerbare uren gaan vooraf aan elk stuk content dat ik maak, in welke vorm dan ook. Die kennis vermarkt ik vervolgens in de vorm van artikelen, lezingen, presentaties en studiereizen. Soms zet ik stukken vrij toegankelijk op onze eigen website. Zo bouw je ook een eigen publiek op. Maar op het moment dat iemand content van je wil afnemen zul je toch echt moeten factureren.

En zelfs dan ben je nog enkele dagen bezig om er een mooi verhaal van te maken. Je maakt een mindmap met een selectie van onderwerpen die relevant zijn voor je opdrachtgever en diens doelgroep. Je pakt wat slides uit eerdere presentaties maar maakt ook veel nieuw materiaal. Daarnaast verandert in China alles zo snel dat je steeds weer bestaande slides moet updaten, bijvoorbeeld met de laatste statistieken en trends. En een professionele public speaker oefent zijn verhaal meerdere keren. De eerste keer om te kijken of het lekker loopt en niet te lang is. Mijn eerste versie is vaak 50% te lang omdat ik veel meer wil vertellen dan in de beschikbare tijd mogelijk is. De kaasschaaf gaat eroverheen, opnieuw proberen, verder aanpassen en uiteindelijk staat er een verhaal waar ik tevreden over ben.

Ik gebruik het liefst zo weinig mogelijk tekst op m’n slides en veel audiovisuele ondersteuning die mijn verhaal versterkt. Maar zonder tekstuele ‘geheugensteuntjes’ op je slide moet je verhaal wel goed in je hoofd zitten. Daarom oefen ik een presentatie vaak minstens 3 keer en luister de audio-opname van de laatste versie waar ik tevreden over ben dan meestal nog een aantal keer terug. Dus dat uurtje presenteren is gebouwd op jaren onbetaald kennis vergaren en dagen voorbereiding voor dit specifieke verhaal.

Beter gaan vakkenvullen

Maar het prijskaartje leidt soms toch tot discussies. Toen ik voor een heel schappelijk bedrag een hogeschool drie gastcolleges van 1,5 uur leverde voor €1000 – ja, ik heb lagere tarieven voor onderwijsinstellingen – en dit ‘voor het systeem’ omgerekend moest worden naar een uurtarief vond men €222 per uur toch wel veel. Ik moest de inkopers uitleggen dat ik geen regulier docent ben met een onderwerp dat eigenlijk nauwelijks verandert, b.v. een taaldocent zoals mijn vrouw, maar dat mij gastcolleges erg veel voorbereiding vereisen. Aan de hand van de business case kiezen we relevante onderwerpen en moet er veel maatwerk gedaan worden. Daarnaast hielp ik de school ook bij het vinden van een business case voor de studenten en het beoordelen van hun opgeleverde werk. Opgeteld heb ik twee weken voor ze gewerkt, vooral omdat ik het enorm leuk vond om te doen. Maar voor mijn uiteindelijke omgerekende uuropbrengst van €12,50 had ik beter vakken kunnen gaan vullen.

En dat maakt het nou zo vervelend dat je die discussie steeds weer moet voeren. Zo ook met een gerenommeerd trainingsinstituut dat mij €500 bood om een halve dag training te verzorgen. Een training die mij zeker 3 dagen voorbereiding zou kosten en door henzelf verkocht werd voor €450 per deelnemer. Of de financiële instelling die een presentatie wilden voor een relatief laag budget ‘want de groep is maar 10 man groot’. Alsof dat betekent dat het minder werk is voor mij. Maar zij boden in ieder geval nog iets. Enkele jaren geleden werd ik gebeld door een bekende organisatie die intensieve en prijzige taalcursussen verzorgd. Of ik hun zakelijke studenten Chinees ook een cursus e-Commerce in China kon geven. Er was alleen geen budget…

Wederdienst

Over e-Commerce in China gesproken, eind vorig jaar ontwikkelde ik een e-learning training over dat onderwerp. Naar mijn mening enorm interessant voor het publiek van twee mediabedrijven die zich bezighouden met e-commerce. Want niet alleen exporterende bedrijven maar ook Nederlandse e-com specialisten kunnen veel leren van de aanpak in China. Voor mediabedrijf A had ik in 2020 al een onbetaalde videopresentatie verzorgd en ze tevens gratis veel achtergrondinformatie verstrekt over een e-commerce trend in China. Voor bedrijf B verzorgde ik frequent een column over e-commerce trends in China, ook onbetaald. Daarnaast had ik hen ook gratis van advies voorzien ter voorbereiding van een interview dat ze met Alibaba zouden doen. Zoals gezegd, sommige dingen doe ik gewoon te graag.

Mijn verwachting was dat ze me, zeker nu onze business vrijwel was stilgevallen door China’s gesloten grenzen en het wegvallen van evenementen, vast wel zouden willen helpen met een stukje promotie. Misschien een interview, een kortingsactie voor hun leden, een recensie of wat dan ook. De twee medewerkers van mediabedrijf A reageerden überhaupt niet op mijn e-mails. Mediabedrijf B liet me weten dat ze intern overlegd hadden en ik een advertentie in hun blad kon kopen of dat ze wel een keer een tweet van me konden re-tweeten. Ik vertelde hen dat ik dit gebrek aan wederkerigheid toch wel teleurstellend vond gezien de content die ik hen gratis leverde. En toen kwam het standaardantwoord waarmee men me ook altijd probeert over te halen gratis lezingen te geven: ’Maar Ed, wij bieden jou toch een podium?’. Ik legde opnieuw uit dat wij kennisoverdracht leveren en dat content voor mij geen lead-generator is maar mijn eindproduct, in tegenstelling tot bedrijven die gratis schrijven en presenteren om klanten te werven. Mijn columns werden goed gelezen, maar na een jaar schrijven voor hun blad en website had zich nog nooit iemand bij ons gemeld om een van onze diensten af te nemen. Ik besloot een punt te zetten achter onze ‘samenwerking’.

Even een uurtje bellen…

Een ander voorbeeld. Een groot bedrijf dat het afgelopen jaar een topomzet heeft gedraaid door alle e-commerce bestellingen stuurt me een e-mail. Na wat complimenten over mijn artikelen komt de aap uit de mouw. “Ik werk bij X en hou me bezig met procesinnovatie. Daarin kijken we naar de verbetermogelijkheden van nieuwe technologie. Vanuit de strategieafdeling (met een brede groep) wordt er vooruit gekeken en wel naar 2027. Onze visie is geheel intern tot stand gekomen en dat is niet verstandig. Externe expertise en ervaring zal de scenario’s verrijken en beter inkleuren. En bovenstaande is mijn vraag aan jou: zou je bereid zijn in een interview van 30-60 minuten jouw beeld te delen, voornamelijk ingegeven door wat er aan andere kant van de wereld al gebeurt of aan het gebeuren is? En uiteraard zijn we bereid jouw tijd te vergoeden.”

Nou, dat laatste was een welkome toevoeging. Ik gaf hem drie verschillende opties: een interview zonder voorbereiding, een interview met voorbereiding op basis van een specifieke vraagstelling en – mijn voorkeur – een goed voorbereidde presentatie over het onderwerp inclusief audiovisuele ondersteuning. Ik verwees hem vervolgens door naar mijn boekingsagent om e.e.a. mee af te spreken. Die vertelde me uiteindelijk dat er ondank de toezegging eigenlijk geen budget was en men ‘gewoon even een uurtje met me wilde bellen’.

Mag onze stagiaire je interviewen?

De laatste tijd word ik ook steeds vaker benaderd door studenten met de vraag of ze me mogen interviewen over China. Dat vind ik altijd erg leuk om te doen en ik help ze graag. Ik was vroeger ook blij als bedrijven me wilden helpen voor mijn scripties. Maar steeds vaker merk ik dat studenten dit doen als stagiaire voor een commerciële partij en zelfs consultancybedrijven die dergelijke kennis dan kunnen gaan vermarkten. Als het geen opdracht voor een commerciële partij betreft maar een werkstuk of scriptie help ik de studenten graag en stuur ik hen vaak ook nog een hoop achtergrondinformatie na waar ze zich verder in kunnen verdiepen. Maar verzoeken waarmee commerciële partijen via een stagiaires gratis kennis proberen op te halen wijs ik tegenwoordig af.

Een van die bedrijven belde me recent op of ik hun stagiaires niet toch even zou willen helpen. ‘Maar jullie gaan die kennis vervolgens vermarkten’, reageerde ik. ‘Nou, voorlopig niet hoor’. ‘Maar uiteindelijk wel dus!’. Ik stelde voor dat ik ze best wilde helpen als we een concrete afspraak konden maken over verdere toekomstige samenwerking. Ik kon bijvoorbeeld een training of inspiratiesessie over innovatie in China verzorgen voor enkele van hun 500 personeelsleden of op een klantendag. Bij een partij die zich positioneert als kenner van innovatie zou daar toch wel budget voor zijn? Nou, bellen voor zo’n presentatie op een klantendag deden ze een paar weken later. Er was alleen geen budget voor sprekers, dus of ik het gratis wilde doen…

Online, dus gratis

Overigens zijn het niet alleen de bedrijven die zich zo laten kennen. Bij het uitbrengen van onze laatste bundel artikelen in mei 2020 legde ik onze situatie tijdens de coronacrisis uit. Ik vertelde dat er maanden werk in al die content was gaan zitten en ik die kennis via artikelen en e-books gratis deelde. Maar dat ik het gezien onze situatie toch zeer op prijs zou stellen als ze een vrijwillige donatie zouden kunnen doen voor het boek. Het boek is inmiddels zo’n 400 keer gedownload. Ik ontving 7 donaties, op één na allemaal van vrienden en bekenden.

Bij elke fundrasing-actie van Wikipedia maak ik een tientje over. En als ZZP-er steun ik andere schrijvers door bij verschillende sites een abonnement te nemen. Kleine zelfstandigen geef ik regelmatig een kleine donatie via zo’n ‘Buy me a coffee’ knop. Maar een vergelijkbare knop heeft bij mij nog niet tot donaties mogen leiden, terwijl de artikelen waar deze bij geplaatst staan toch erg goed gelezen worden. Schijnbaar denken we allemaal ‘het is online, dus gratis … toch?’. Het heeft me doen besluiten een aantal van onze e-books en video’s achter een verplichte donatieknop te plaatsen.

‘Je hebt het toch al geschreven’

Maar misschien leidt dat ‘weggeven’ van zoveel content toch ooit tot iets goeds. En zowaar nam een internationaal mediabedrijf dat onder de indruk was van mijn artikelen en videos contact op en gaf aan dat ze daar graag voor wilden betalen. Maar hun budget was wel beperkt. Of ik eerdere artikelen wilde vertalen of video’s wilde voorzien van een nieuwe voice-over en of ze die dan niet voor een prikkie van me konden overnemen. Die content bestond namelijk toch al. Ik moest dan uitleggen dat het afbreuk doet aan al het werk dat in die oorspronkelijke content was gaan zitten. Dat ik echt niet het onderste uit de kan hoefde te hebben maar toch wel een compensatie verwachtte die op z’n minst fair en respectvol was. Je vraagt een kunstenaar ook niet om z’n schilderij voor enkel de verpakkingskosten te verkopen omdat hij het toch al geschilderd heeft. En dan blijft het vervolgens stil…

Ik vraag me vaak af of het allemaal opzettelijke misbruik is of dat men echt niet snapt hoeveel werk er in het schrijven van artikelen, maken van video’s en samenstellen van presentaties gaat zitten. Om nog maar te zwijgen over de tijd die je hebt geïnvesteerd in het vergaren van kennis. Misschien komt het doordat de personen die je benaderen zelf op de loonlijst staan en zelf nooit ZZP-er zijn geweest? Of misschien weten ze maar al te goed hoe het werkt. Vaak maken ze namelijk zelf ook een website, tijdschrift of evenement en doen dat ook niet voor niks. In tijden waarin ik meer dan ooit afhankelijk ben van opbrengsten van gecreëerde content en waarin we elkaar allemaal een beetje zouden moeten helpen doet dat besef extra pijn.