Een van de eerste dingen die je leert wanneer je Chinees gaat studeren is dat de taal bestaat uit vier tonen. Dit betekent dat bijna elke klank in het Mandarijn op 5 manieren kan worden uitgesproken (de vier tonen en soms een toonloze variant). Voor degenen die niet erg bekend zijn met de taal, dit zijn de varianten:
- Eerste toon – continu hoog, in pinyin, de fonetisch geschreven versie van Mandarijn, aangegeven met een streepje boven de klinker of het getal 1. Voorbeeld: mā of ma1 (moeder)
- Tweede toon – stijgend in toonhoogte (zoals wij doen bij een vragende zin). Voorbeeld: má of ma2 (hennep of verdoofd).
- Derde toon – dalend en stijgend. Voorbeeld: mă of ma3 (paard).
- Vierde toon – dalend, bijna bevelend in klank. Voorbeeld: mà of ma4 (uitschelden).
- Toonloos. Voorbeeld: ma, welke in Mandarijn gebruikt wordt aan het einde van een vragende zin.
Het leuke van deze tonen is dat een bepaalde klank dus verschillende betekenissen kan hebben, afhankelijk van de toon waarin waarmee je hem uitspreekt. Een klank (b.v. ma, da, qi, kuai) en een toon (1e, 2e, 3e, 4e) vormen samen dus in principe een woord.
Het wordt echter nog ingewikkelder als je weet dat verschillende Chinese tekens met totaal verschillende betekenissen op exact dezelfde manier (klank + toon) kunnen worden uitgesproken). Een paar voorbeelden:
Teken | Uitspraak | Betekenis |
四 | sì, si4 | vier |
寺 | sì, si4 | tempel |
是 | shì, shi4 | is |
市 | shì, shi4 | stad |
事 | shì, shi4 | iets |
试 | shì, shi4 | proberen |
室 | shì, shi4 | kamer |
电 | diàn, dian4 | elektriciteit |
店 | diàn, dian4 | winkel |
机 | jī, ji1 | machine |
鸡 | jī, ji1 | kip |
击 | jī, ji1 | slaan |
肌 | jī, ji1 | spier |
饥 | Jī, ji1 | honger |
Iedereen die een tijdje in China heeft gewoond en Chinezen met elkaar heeft horen praten weet welke verwarring dit in het dagelijkse leven kan opleveren, vooral als de context ontbreekt. Bij persoonsnamen en namen van steden en straten e.d. is namelijk vaak niet duidelijk wat het exacte teken is dat bij de gesproken taal hoort. Bij de bruiloft van mijn Chinese schoonbroer heb ik een tijdje naast een man gezeten die de namen van de gasten (en hun donaties) in een boekje schreef. Herhaaldelijk moesten gasten uitleggen hoe hun naam geschreven werd – denk aan ‘ji1, de ji1 van ji1 rou2 (kippenvlees)’ – of de karakters voortekenen.
Bijgeloof
Een van de aspecten waarin klanken in de Chinese taal een grote rol spelen is het bijgeloof. Ik ben altijd gefascineerd geweest door het verschil in bijgeloof tussen westerse en Chinese culturen. In onze cultuur hangt bijgeloof meestal samen met de symbolische betekenis van een object. Zo werd een zwarte kat geassocieerd met heksen en bracht daarom ongeluk. Het ongeluksnummer 13 is voor Christenen te herleiden naar het laatste avondmaal waar 13 man aan tafel zaten, waaronder Judas.
In China is bijgeloof echter meestal niet gekoppeld aan een symbolische waarde van een object, maar de uitspraak van de naam van dat object en welke positieve of negatieve zaken op dezelfde (zelfde toon) of bijna dezelfde (zelfde klank, andere toon) manier worden uitgesproken. Zo wordt het getal vier (si4) of elk getal waar een vier in voorkomt (b.v. 14; shi2 si4) geassocieerd met de dood (si3). Soms komen het westerse en het Chinese bijgeloof samen. Het gebouw waar ik twee jaar in gewerkt heb had bijvoorbeeld geen 13e en 14e etage. Ze waren er wel, maar werden 12A en 12B genoemd.
Maar er zijn ook geluksgetallen. Acht (ba1) klinkt als ‘voorspoed’ (fa1). De openingsceremonie van de Olympische Spelen werd bijvoorbeeld gehouden op 8-8-2008. Negen (jiu3) wordt geassocieerd met de Keizer en klinkt bovendien als ‘langdurig’ (jiu3). Sommige Chinezen zijn bereid om veel geld neer te leggen voor huisnummers, telefoonnummers of kentekenplaten met geluksgetallen, terwijl alternatieven met ongeluksgetallen worden gemeden.
Andere voorbeelden van zaken die vanwege hun klank geassocieerd worden met geluk of ongeluk:
- Vis (yu2) klinkt als ‘overschot’ (yu2) en wordt daarom geassocieerd met rijkdom. Je ziet vooral veel decoraties met karpers rondom het Chinese nieuwjaar. De naam van die vis in het Mandarijn (li3) klinkt zelfs als ‘winst’ (li4) en ‘kracht’ (li4). Het omdraaien van een vis in een gerecht wordt soms gezien als ongeluk.
- Vleermuis (fu2) klinkt als een woord voor ‘geluk’ (fu2).
- De lelijke beelden van een grote witte kool (bai2 cai4) die je in China (of in de theeset van mijn vrouw) soms tegenkomt refereren aan ‘honderd rijkdommen’ (bai3 cai2). Men gelooft dat de kool honderd jaar rijkdom brengt. Sla (sheng1 cai4) klinkt overigens weer als ‘geld verdienen’ (sheng1 cai2).
- Het delen van een peer door ‘m doormidden te snijden (fen1 li2) brengt ongeluk omdat het klinkt als ‘uit elkaar gaan’ (fen1 li2).
- Schoen (xie2) klinkt als ‘vreemde gebeurtenis’ (xie2) en een klok (song4 zhong1) klinkt als het woord voor de voorbereidingen voor een begrafenis (song4 zhong1). Beiden worden gezien als zaken die je niet snel aan iemand cadeau zal geven.
Woordspel
Naast bron voor bijgeloof biedt de gelijkenis in tonen en uitspraak van tekens een enorm scala aan mogelijkheden voor woordspelingen, waarschijnlijk meer dan in welke taal dan ook.
Een erg bekend voorbeeld is de poster met het teken voor ‘geluk’ die tijdens het Chinees nieuwjaar op de voordeuren wordt gehangen. ‘Geluk is gearriveerd’ (fu2 dao4 le) klinkt namelijk hetzelfde als ‘geluk ondersteboven’ (fu2 dao4 le). Een ander voorbeeld: Beijing is de hoofdstad van China en ‘hoofdstad’ is in ‘shou3 du1’. Maar Beijing heeft ook de bijnaam ‘shou3 du3’, een variant die ‘meest overvolle’ betekent en refereert naar de enorme files tijdens de spitsuren. Mijn favoriete woordspeling: de bekende Chinese groet ‘lang niet gezien’ (hao2 jiu3 bu2 jian4) klinkt als ‘goede alcohol is niet goedkoop’ (hao2 jiu3 bu2 jian4).
Op internet wordt 3Q gebruikt als ‘bedankt’, omdat het getal drie wordt uitgespraken als san1 en san-Q dus klinkt als ‘thank you’. 88 (‘ba1 ba1’) wordt aan het eind van een online gesprek gebruikt als ‘bye bye’ en 555 klinkt met ‘wu3 wu3 wu3’ als iemand die aan het huilen is. Een alternatief voor een huilende emoticon dus.
Op internet wordt dit woordspel ook gebruikt voor het omzeilen van censuur. Woorden die door de overheid gecensureerd worden krijgen al snel een vervanger die wel door de filters glipt. Een van de leukste voorbeelden is het immens populaire beeld van een alpaca. Online- shop Taobao staat vol met T-shirts en knuffels van het dier. De reden hiervoor is dat de verzonnen naam voor dit dier, het ‘grasmodderpaard’ (cao3 ni2 ma3) in het Chinees vrijwel hetzelfde klinkt als ‘cao4 ni3 ma1’. Dat laatste refereert aan bepaalde seksuele handelingen met iemands moeder. Het grasmodderpaard is daarmee een symbolische middelvinger geworden naar de internetcensuur. Een andere referentie naar internetcensuur is de ‘rivierkrab’ (he2 xie4) wat klinkt als het Chinese woord voor ‘harmoniseren’ (he2 xie2). Internetcensuur heeft in China immers het ‘harmoniseren van de gemeenschap’ tot doel.
Wil je meer weten over woordspel in combinatie met internetcensuur? Raadpleeg dan eens de Grass Mud Horse Lexicon van China Digital Times, of lees in mijn gratis e-book China Talk het artikel over de pogingen die de Chinese netizens vorig jaar rondom 4 juni deden om de censuur te omzeilen.