
Onderstaande blog schreef ik eind 2012 op de dag dat ik trouwde met mijn Chinese vrouw Sun Hui. Een Chinese trouwdag bleek een merkwaardige belevenis…
Ik sta met Sun Hui in de lift van het gebouw waar het ‘Marriage Registration Office of Civil Affairs Department in Shaanxi Province’ een klein kantoortje heeft. Ironisch genoeg in een nieuw gebouw waar alleen overheidsorganen die zich bezighouden met rampenbestrijding en noodhulp na rampen gevestigd lijken te zijn. Maar het kleine kantoortje waar wij naar op weg zijn is een locatie waar Chinezen die met een laowai, een buitenlander, willen trouwen zich dienen te melden. Het is 12-12-2012, een datum die we bewust hebben uitgekozen, maar ondanks deze speciale datum zijn we de enigen op deze vroege morgen. Het plannetje om exact om 12 minuten over 12 te trouwen lukt dus niet helemaal, ondanks onze poging om tijd te rekken. Om 10 uur zit de ceremonie er al op en vervolgen we onze tocht door Xi’an, de hoofdstad van de provincie Shaanxi en vooral bekend vanwege het Terracotta Leger, voor een reeks administratieve handelingen. Hand in hand als lao gong en lao po, man en vrouw.
Tijd voor wat uitleg. Immers, was ik niet die persoon die altijd zei dat hij de toegevoegde waarde van een huwelijk eigenlijk niet zag? Ja, en als ik heel eerlijk ben zeg ik dat nog steeds… zeker in Nederlandse omstandigheden. Maar omstandigheden veranderen. Toen Sun Hui en ik een serieuze relatie kregen was een van haar belangrijkste voorwaarden ‘commitment’. Ze wilde niet weer in een relatie terechtkomen met iemand die haar na een jaar zou laten zitten. Natuurlijk wilde ik dat we bij elkaar bleven, alhoewel op dat moment nog niet duidelijk was hoe of waar. Maar Sun Hui wilde meer zekerheid en al snel werd me duidelijk dat in China aan het huwelijk heel wat meer waarde wordt gehecht dan in Nederland.
Ben je rijk?
Het idee van een Chinese bruiloft en alle bijbehorende rituelen gaf me de rillingen. Maar ik begreep ook dat het voor Sun Hui en haar familie belangrijk was. Ongetrouwd samenwonen is eigenlijk geen optie en in een maatschappij waarbij trouwen een hoofddoel wordt zodra je de universiteit verlaat was het ondenkbaar dat je niet zou trouwen. Het zou voor veel Chinezen een schande zijn en zelfs in een relatief progressief gezin als dat van Sun Hui zou het niet gewaardeerd worden.
Op een avond zat ik met Daemon, een van m’n vrienden in Xi’an, een paar biertjes te drinken en besprak ik de kwestie met hem. Daemon was getrouwd met een Chinese vrouw en was net vader geworden. Als er iemand ervaring had met dergelijke relaties op de lange termijn was hij het wel. Ik besprak mijn bedenkingen en afkeer van een aantal Chinese huwelijksrituelen en al snel werd me duidelijk dat het bijzonder egoïstisch zou zijn als ik zou weigeren. We hadden inmiddels besloten om naar Nederland te gaan en Sun Hui was druk bezig Nederlands te leren. Bij die inspanning en het feit dat ze haar land en familie achter zich zou laten viel mijn noodzakelijke opoffering natuurlijk in het niets. ‘Ben je rijk?’, vroeg Daemon. ‘Nee man’, lachte ik. ‘En als dat haar motivatie zou zijn zou ze dan een vrijwilliger uit Nederland kiezen, met bijbehorende afgrijselijke inburgeringsprocedure?’ ‘Ophouden met zeuren dan, trouw met haar!’, zei Daemon resoluut. Hij had natuurlijk gelijk en het sms’je met ‘Marry Sun Hui!’ dat hij de volgende morgen stuurde was eigenlijk niet meer nodig om me daar verder van te overtuigen.
Bovendien had de Nederlandse overheid de keuze om wel of niet te trouwen inmiddels wel heel erg makkelijk gemaakt. De wetgeving voor gezinshereniging, waaronder situaties waarin je je partner naar Nederland wilde halen, werd per 1 oktober 2012 aangescherpt. Vanaf dat moment was hereniging alleen mogelijk als je ‘in het land van herkomst’ getrouwd was. Dat betekende in feite, dat we niet alleen in China moesten trouwen voordat we naar Nederland zouden gaan, maar ook nog voordat we de aanvraag voor Sun Hui’s tijdelijke verblijfsvergunning konden indienen. We maakten een inschatting van wanneer ze het examen zou doen, wanneer ik terug zou gaan naar Nederland en wanneer we mogelijk de aanvraag konden indienen. December leek de beste maand om te trouwen en we kozen 12-12-2012 als datum. Niet alleen een bijzondere datum (en gemakkelijk te onthouden!) maar ook een geluksdatum in een land waar veel om de klank van getallen draait (en 1-2 klinkt in Chinees als ‘wil liefde’).

Maar voor we het een en ander administratief konden regelen was er wel wat voorbereiding nodig. Allereerst moesten we een verklaring overleggen, waaruit bleek dat ik ongehuwd was. Voor die verklaring moest ik een bewijs aanvragen bij het gemeentehuis in mijn woonplaats in Nederland. Die verklaring moest ik vervolgens naar de Nederlandse ambassade in Beijing sturen, die mij hun officiële verklaring daarna per post toezonden. Maar dat was nog niet voldoende. Het stuk moest daarna, samen met mijn paspoort, eerst door een erkend bureau vertaald worden in het Chinees. Een klus die niet meer dan 10 minuten tijd kostte maar wel 400 RMB (destijds 20% van een gemiddeld maandloon in Xi’an). Maar ja, als het ‘marriage registration bureau’ aangeeft dat “dit het beste vertaalbureau is en ze regelmatig problemen hebben met andere bureaus” (lees: daar werkt geen familie of guanxi), dan kun je in China maar beter geen onnodige risico’s nemen.
Meeting the Suns
Intussen had ik ook Sun Hui’s ouders voor het eerst ontmoet. Ze wonen in haar geboorteplaats Datong, in de provincie Shanxi in het noorden en kwamen van augustus tot oktober een paar weken naar Xi’an. Degenen hier in China die wisten dat ik haar ouders had ontmoet wisten ook wat dat betekende. In China staat zo’n ontmoeting namelijk gelijk aan de aankondiging van een huwelijk en een soort verzoek om goedkeuring van de ouders. Je zult begrijpen dat ik behoorlijk de zenuwen had die avond. Ik wist niet eens hoe ik hen moest aanspreken en toen ik Sun Hui vroeg of ik ze een hand moest geven zei ze: ’Nee, dat is veel te formeel’. Dus ik hield m’n handen thuis. En ja hoor, zodra Sun Hui’s vader me zag greep hij m’n hand om die flink lang te schudden.
Het etentje, met Peking-eend op het menu, verliep goed, ik probeerde zoveel mogelijk in het Chinees te praten. Ik had schijnbaar een goede eerste indruk gemaakt, want de oorspronkelijke zorg om hun dochter en het verdriet toen ze hen had verteld dat ze naar Nederland zou gaan leken verdwenen. De ochtend voor ik vertrok om met een vriend langs de Zijderoute te reizen kwamen haar ouders bij ons in het appartement koken. Voor ik naar het vliegveld ging liet ik ze nog snel even wat foto’s zien van het vrijwilligerswerk dat ik in Xi’an deed en mijn huis in Nederland. Ze leken een stuk meer gerustgesteld toen ik hen vertelde dat Sun Hui sympathiek en slim genoeg was om in Nederland vrienden te maken en werk te vinden.
Formulieren en stempels
En zo werd het 12-12-2012. Een aantal personen in Nederland die wisten dat we gingen trouwen wenste ons veel geluk en een hele fijne dag. Ze wisten overduidelijk niet wat voor een soort dag het zou worden. In China worden de dag van de echtverbintenis en de festiviteiten van de bruiloft namelijk niet op dezelfde dag gevierd. Er zitten soms maanden of zelfs jaren tussen de datum van het trouwen en die van de bruiloft. Ook spelen er veel lokale gebruiken een rol bij het bepalen van de bruiloftsdatum. Zo brengt het ongeluk als twee kinderen uit een gezin in hetzelfde jaar hun bruiloft vieren. Aangezien Sun Hui’s broer in 2013 zijn bruiloft zou vieren betekende dat automatisch dat de onze zou ‘doorschuiven’ naar later.
Wat overbleef was een dag van administratieve formaliteiten. Op het ‘marriage registration bureau’ moesten we een verklaring invullen dat we beiden ongehuwd waren, geen terminale ziekten hadden en geen familie van elkaar waren tot in de 4e graad. We vulden onze persoonlijke gegevens in en Sun Hui moest de verklaring hardop voorlezen. Daarna bevestigde de ambtenaar de speciale trouwcertificaat-foto, die we een paar weken eerder tegen de verplichte rode achtergrond hadden laten maken, in de ‘trouwboekjes’ waarvan we er beide een kregen. De kosten waren 69 RMB (€9), maar nadat Sun Hui zei dat we niet geïnteresseerd waren in de ‘speciale bewaardoos’ voor de certificaten daalde deze naar 21 RMB (€2,50). En zo stonden we om 10 uur weer buiten. Heel anders dan een huwelijksvoltrekking in een Nederlands stadhuis. Geen speech van een ambtenaar van de burgerlijke stand, geen familie of vrienden, geen ‘u mag nu de bruid kussen’. Nee, gewoon wat formulieren en stempels. Er daarna vanaf de 20e verdieping in dit nieuwe pand via het trappenhuis naar beneden. De lift had het namelijk begeven en er waren al mensen in vast komen zitten. Ik vroeg me af of hier een verborgen boodschap in zat over mijn kersverse huwelijk.

En er volgde nog meer. We moesten naar een kantoor van het PSB (Public Security Bureau) waar Sun Hui de burgerlijke staat in haar hukou, een soort huishoudregistratie, moest laten wijzigen. Daarna was het tijd voor lunch. Sun Hui wist een goed restaurant in de beroemde moslimwijk van Xi’an en we hebben er inderdaad heerlijk gegeten, het enige echt feestelijke moment van de dag. Na de lunch stond de laatste stop op onze administratieve toer op het programma: het notariskantoor. Voor het aanvragen van de Nederlandse verblijfsvergunning moeten het huwelijkscertificaat en de hukou van Sun Hui vertaald en gelegaliseerd worden door een notaris. Een week later moesten we de akte ophalen en indienen bij het Foreign Affairs Bureau, die het samen met de Nederlandse ambassade verifieert. Als alles volgens planning verliep hadden we voor het einde van het jaar alle documenten bij elkaar om de aanvraag voor Sun Hui’s MVV (Machtiging Voorlopig Verblijf) in te dienen tijdens een nieuw bezoekje aan de ambassade in Beijing.
Ik kan dit verhaal helaas niet romantischer maken dan het is. Op dat moment was het huwelijk slechts een reeks administratieve handelingen op een ijskoude dag in Xi’an. Maar het was een noodzakelijke stap die nodig was om onszelf de toekomst te geven die we wilden.